
Vanaf 2000 werk ik in mijn eigen atelier.
Interesse in het materiaal is het startpunt van mijn zoektocht. Plezier, vrijheid om te experimenteren en behoefte om te creëren doet de rest. Het werk is uiteindelijk het resultaat van een dialoog van het materiaal met mijn binnenwereld.
In de begin jaren maak ik ‘geraamtes’ van hout die ik omwikkel met stroken van rubber. Hierdoor ontstaat een strakgespannen structuur van de ‘huid’ en door het omwikkelen groeit de vorm van het beeld. Helaas blijkt het rubber nogal kwetsbaar voor scheurvorming.
Daarna ontdek ik steen. Een nogal weerbarstig materiaal en een flinke uitdaging om er zachtere, ronde vormen in te maken.
Na het zware steen heb ik behoefte aan kleuren (rood en goud), maar vooral ook aan lichter materiaal. Ik werk met gevonden voorwerpen uit de natuur zoals schors, takjes e.d. Voorbeelden hiervan zijn ‘Stilte in het midden’ en ‘Kosmos’. Meer licht, lucht en ruimte. Ook geschept linnen, lompen- en houtpulp en koperdraad heeft deze licht en luchtigheid. Dat is bijvoorbeeld te zien in ‘Keurslijven’ en ‘Vleugels/Adem’.
In de loop der jaren verschuift de keuze van materialen. Van rubber, steen, koper, keramiek en ijzer naar meerdere vezels. Van wat steviger materialen naar lichter en zachter in combinatie met de steviger materialen. Met name wol heeft inmiddels al langere tijd mijn bijzondere aandacht. In eerste instantie als basis voor vilten.
Momenteel werk ik vooral met ruwe, onbehandelde wol. De schoonheid en variatie van het materiaal inspireren mij. De wol die ik gebruik komt onbewerkt van de schaapherder. Er zijn zoveel prachtige schapenrassen en elke wol heeft een ander karakter en uitstraling. Zacht of juist stug/ruw, krullend of lange lokken. Die kwaliteiten wil ik behouden.
Daarnaast heeft wol ook bijzondere kwaliteiten die van invloed zijn op de omgeving. Wol beïnvloedt/reguleert de temperatuur. Het isoleert. En wol beïnvloedt geluid in een ruimte. Het absorbeert de (na)galm en werkt zo positief op de akoestiek.
Mijn zoektocht begint bij de vraag: Hoe laat ik de schoonheid van de ruwe wol tot zijn recht komen en hoe houd ik de wol in bedwang en geef er vervolgens ook vorm aan? Ruwe wol is flexibel maar moeilijk te vormen. Metaal is uitgelezen materiaal om stevigheid en buigzaamheid aan te kunnen brengen. In die combinatie van ‘hard’ en ‘zacht’ ontstaan elke keer nieuwe vormen, nieuwe sculpturen die verrassen door hun schoonheid en de verstilling die ze teweegbrengen.
In mijn werken speelt de eeuwige dualiteit een rol: in de tegenstelling bestaat het één niet zonder het ander. Het donker nodigt het licht uit te bestaan, het feminine en masculine kunnen zich niet voortzetten zonder elkaar. Individualiteit bestaat niet zonder het collectief.
Als het zachte, springerige van de wol door het metaal gestructureerd wordt is de spanning voelbaar. Bij het ene werk ervaar je vooral de energie en uitstraling van het materiaal. Bij ander werk ligt de nadruk juist op de eigenheid van elk onderdeel als deel van het geheel van de installatie.
Er is werk in rubber/brons, steen/keramiek/metaal. En een serie met hout/textiel/keramiek/koper/acryl, wol/zijde/natuurlijke materialen, vezels en recenter wol/metaal.
Since 2000 I work in my own atelier.
Interest in the material is the starting point of my research. Fun, freedom to explore and need to create does the rest. The work is ultimately the result of a dialogue of the material with my innerworld.
In the early years, I make ‘skeletons’ out of wood which I wrap with strips of rubber. This creates a tightly stretched structure of the ‘skin’ and by wrapping, the shape of the sculpture grows. Unfortunately, the rubber turns out to be rather vulnerable to cracking.
Than I discover stone. A rather unruly material and quite a challenge to get soft, round shapes out of it.
After the heavy stone, I am in need of colour(red, gold) but especially lighter material. I work with found objects from nature such as bark, twigs etc. Examples include ‘Silence in the middle’ and ‘Cosmos’. More light, air and space. Scooped linen, rag and wood pulp and copper wire also have this lightness. This can be seen, for example, in ‘Keurslijven’ and ‘Vleugels/Adem’.
Over the years, the choice of material has shifted from rubber, stone, copper, ceramic and iron to multiple fibers. From firmer materials to lighter and softer combined with firmer materials. Wool in particular has had my attention for some time now. Initialy as a base for felting.
Currently, I mainly work with raw, untreated wool. The beauty and variety of the material inspire me. The wool I use comes unprocessed from the shepherd. There are so many wonderful types of sheep and each wool has a different character and appearance. Soft or rough, curly or long hair. These qualities I want to keep.
The qualities of wool in an environment: Wool regulates the temperature. It isolates. In addition, wool influences the sound in a room. It absorbs reverberation and has a positive effect on the acoustics.
But how to show the wool of its best advantage and how to give it shape ? Raw wool is flexible but difficult to shape. Metal is the material of choice for adding strength and pliability. In this combination of ‘hard’ and ‘soft’ , new forms, new sculptures emerge that surprise by the beauty and stillness they evoke.
In my works, the eternal duality plays a part: in the opposition, one does not exist without the other. Dark invites Light to exist, the feminine and masculine cannot continue without each other. Individuality does not exist without the collectieve.
When the softness and jumpiness of the wool is structured by the metal, the tension is palpable. In some works, you mainly experience the energy and radiance of the material. In other work, the emphasis is on the individuality of each part and also being part of the whole of the installation.